Sporen

SPOREN is de afkorting van 

Stichting Pedagogiek Ontwikkeling Reggio Emilia Nederland 

en kan ook gezien worden als metafoor van de werkwijze. 

Deze benadering van voor- en vroegschoolse educatie is geïnspireerd en gebaseerd op de pedagogische filosofie uit Reggio Emilia, maar ontwikkeld in samenwerking met en voor de Nederlandse kinderopvang, voorscholen en de eerste twee groepen van het basisonderwijs. 

In 2004 is aan SPOREN de status van officieel erkend VVE – pilotprogramma toegekend. In 2007 volgde de landelijke erkenning van Sporen als VVE programma en opgenomen in de databank Effectieve Jeugdinterventies van het NJI.

SPOREN is gericht op een brede en samenhangende ontwikkeling van de verschillende competenties waarover kinderen beschikken en gaat uit van de kracht, creativiteit en intelligentie en de hónderd talen van álle kinderen en hun begeleiders/leerkrachten en ouders. Het dagelijks kijken en luisteren, het onderzoeken en documenteren vormen de basis van het pedagogisch werk. SPOREN is geen methode maar een integrale pedagogiek met een systematische werkwijze. Ruimtelijke, personele en organisatorische aspecten zijn in samenhang ontwikkeld. De inhoud van het werk is open en wordt afgestemd op concrete situaties. Alle kinderen, leerkrachten, ouders, buurten en culturen zijn immers verschillend. Het leren kennen, zichtbaar en bespreekbaar maken van deze diversiteit staat bij SPOREN centraal. Door dagelijks te kijken en te luisteren naar de kinderen en door middel van pedagogische documentatie vast te leggen wat zij doen, maken en zeggen, worden de leerprocessen van de kinderen zichtbaar en bespreekbaar. Op basis van deze documentatie wordt een aanbod ontwikkeld dat nauw aansluit bij de vragen en ideeën van de kinderen, de ouders en de leerkrachten in de groep. 

pastedGraphic.png

Voor wie?

Sporen is ontwikkeld als integrale pedagogische benadering van alle kinderen in de leeftijd van 0 tot 7 jaar in kinderopvang, voorscholen en de eerste twee groepen van het basisonderwijs.

  • Uit onderzoek blijkt dat cognitieve en taalachterstanden effectiever worden bestreden door een integrale benadering van ontwikkeling; cognitieve, sociaal-emotionele en andere aspecten zijn van invloed op elkaar.
  • Een actieve betrokkenheid van ouders zorgt voor een goede aansluiting tussen kindercentra/school en gezin; de continuïteit tussen beide milieus biedt veiligheid en herkenning, wat een positieve invloed heeft op de ontwikkeling van de kinderen. Juist bij kinderen van niet Nederlands sprekende ouders is er vaak sprake van een kloof tussen kindercentra/school en thuis. Voor Sporen is de betrokkenheid van ouders essentieel. De werkwijze biedt hieraan dagelijks actief aandacht.
  • Aandacht voor communicatie, ook in andere talen dan de gesproken taal, blijkt voor kinderen met een andere moedertaal enorm goed te werken. Het kindercentrum of de school wordt vanaf het eerste begin een plek waar het belangrijk gevonden wordt wat je te vertellen hebt, door tekeningen, spel, geluid, bouwwerken en ook de gesproken taal. De motivatie om te communiceren is zo groot dat de gesproken en later de geschreven taaluitingen zich als vanzelf aandienen.

pastedGraphic_1.png

Waarvoor?

Het algemene doel van Sporen is: Het leggen van een basis voor een volwaardige maatschappelijke participatie van kinderen en volwassenen door het stimuleren van een integrale, brede ontwikkeling van jonge kinderen in een leergemeenschap waarbinnen naast kinderen en leerkrachten ook ouders actief participeren.

Pedagogische benadering

De basis van de pedagogische benadering van SPOREN is een krachtig kindbeeld. Kinderen zijn competent. Zij zijn nieuwsgierig en leergierig. Vanaf hun geboorte zijn zij uit op communicatie. Kennisopbouw begint bij motivatie. Verdieping van het leren begint bij de intrinsieke motivatie van de kinderen; aanknopingspunt voor leerprocessen is steeds datgene wat de kinderen bezighoudt en interesseert.

Maatschappelijke eisen en theoretische achtergronden

Ontwikkelingen in de samenleving stellen nieuwe vragen aan opvoeding en educatie. De pluralistische samenleving wordt gekenmerkt door een sterk toegenomen diversiteit van levensstijlen en biografieën. Deze liggen niet langer vast op grond van tradities. Ieder individu moet de eigen levensloop zelf zien vorm te geven. Om dit te kunnen volbrengen worden er meer dan ooit hoge eisen gesteld aan capaciteiten zoals zelfstandig en creatief denken, flexibiliteit, zelfreflectie, het dragen van verantwoordelijkheid, communicatie en samenwerken, het verwerken van informatie, tolerantie en respect ten aanzien van verscheidenheid, onderhandelen en tot overeenstemming kunnen komen. SPOREN is een antwoord op de nieuwe ontwikkelingstaken voor kinderen die uit deze maatschappelijke ontwikkelingen voortvloeien.

Wetenschap en theorie

Behalve maatschappelijk ontwikkelingen, dwingen ook moderne pedagogische en ontwikkelingspsychologische inzichten tot vernieuwing van opvoeding en educatie. De Reggio-benadering, en zo ook SPOREN, is gebaseerd op theorieën van diverse ontwikkelingspsychologen en pedagogen: Bruner, narratieve psychologie, Gardner (multiple intelligencies), Piaget, Freinet, Vygotsky (zone van naaste ontwikkeling). Ook postmoderne cultuur- en kennistheorieën, inzichten uit de moderne neuropsychologie en van bijvoorbeeld kunsthistorici, dichters, auteurs en architecten vormen een inspiratiebron. In deze theorieën worden opvoeding en ontwikkeling opgevat als transactionele processen, waarin kinderen actief participeren. Kinderen geven zelf mede vorm aan hun eigen ontwikkeling en opvoeding, ook (zeer) jonge kinderen. Het concept van overdracht van vaststaande kennis is daarmee achterhaald. Dat geldt ook voor het traditionele denken over ontwikkeling als een lineair proces. Ontwikkeling wordt veeleer opgevat als een proces van sprongsgewijze veranderingen, van hollen, stilstaan en teruggrijpen, dat bovendien wordt beïnvloed door een veelheid van factoren. Ten slotte wordt ontwikkeling beschouwd als motor en resultaat van intrapsychische dynamiek. Zo is cognitieve ontwikkeling bijvoorbeeld gebaat bij een evenwichtige sociale en emotionele ontwikkeling en bij de ontwikkeling van onder meer verbeelding en motoriek. Overeenkomstig deze concepten veranderen het kindbeeld en het leerconcept. Kinderen worden gezien als actief, sociaal en competent. Jonge kinderen bouwen eigen theorieën op, zij abstraheren, reflecteren, stellen hypothesen op en onderzoeken en verifiëren die, zij zoeken actief naar betekenissen en verlenen betekenis. Jonge kinderen zijn in potentie in staat om zich uit te drukken op velerlei wijzen en te communiceren over hun ideeën, gedachten en gevoelens. Dit krachtige kindbeeld is het fundament waarop de Reggio-benadering en in het verlengde daarvan ook SPOREN, worden opgebouwd. Leren wordt opgevat als het produceren van kennis door het gemeenschappelijk uitwisselen van betekenissen. Leren is daarmee een proces van co-constructie (negotiated learning). Juist in de eerste levensjaren wordt veel geleerd en zo wordt als het ware een basis gelegd voor complexer leren. SPOREN is erop gericht de voorwaarden te scheppen om tot een dergelijke verdieping van het leren te kunnen komen. Ook het kennisbegrip wordt anders en ruimer opgevat dan het traditionele beeld van de vaststaande, schoolse kennis. De theorieën en verhalen die de kinderen in samenwerking vormen en de processen waarin zij dit doen, zijn belangrijker dan het aanleren van reeds geverifieerde volwassen kennis. SPOREN stimuleert de kinderen om samen vragen te onderzoeken om weer tot nieuwe vragen te komen.

Om volgens de Sporen pedagogiek en programma te kunnen werken worden, beschrijft het VVE programma een aantal essentiële randvoorwaarden:

  • Een pedagogista en atelierista opgeleid in de Sporen pedagogiek (twee nieuw ontwikkelde functies), die zorg dragen voor een doorgaand scholing en begeleidingssysteem.
  • Een organisatiemodel passende bij de pedagogiek van Sporen van onder andere horizontale en vaste groepen, een vast tweetal begeleiders, vaste voor- en nabereidingstijden. 

Sinds 1998 zijn atelieristas en pedagogistas van Pedagogiek 07 op diverse locaties implementatie processen gestart met Sporen (als kinderopvangpedagogiek en als VVE programma) .

Grote veranderingen werden gerealiseerd op de kinderdagverblijven en voorscholen. Echter om een Sporen kindercentrum te borgen zijn bovengenoemde randvoorwaarden (pedagogista/atelierista en een passend organisatiemodel) essentieel. Besturen, directies hebben deze verregaande stappen niet gemaakt. Omdat niet werd voldaan aan de randvoorwaarden zijn geen van deze processen afgerond met een certificering. 

Perron 07: Sporen voorbeeldschool

Vanuit de overtuiging na alle opgedane ervaringen dat het mogelijk is om zelfs binnen de huidige wet- en regelgeving een Sporen kindercentrum met alle randvoorwaarden te ontwikkelen is Pedagogiek 07 in 2014 begonnen met haar eigen ‘Sporen van Reggio’ schooltje in Den Haag.  Een school waar kinderdagverblijf, voor- en vroegschool geïntegreerd zou worden.

 In 2016 is Sporen herbeoordeeld en opnieuw erkend als VVE programma, onderbouwd door divers nieuw onderzoek (waaronder Malherbe 2011 en Hensel 2012). Perron 07, in de Zeeheldenbuurt, kon geen VVE locatie worden aangezien alle kinderen met een VVE indicatie reeds geplaatst waren. Uiteindelijk is Sporen van de databank Jeugdinterventies verdwenen omdat Sporen niet meer als VVE programma werd uitgevoerd. In de archieven van het NJI is de beschrijving van het Sporen programma te lezen:

Perron 07 is in 2024 een onderzoek gestart of zij een (V)VE-locatie kan worden, nu wet- en regelgeving rondom (V)VE landelijk is gewijzigd.